Vaak tipte ik in mijn novembercolumns de kerkelijke vieringen van Allerheiligen en Allerzielen aan, waarbij we met respect denken aan de goede mensen die voor en vóór ons leefden. Op de een of andere manier heeft de westelijke feestcultuur er de laatste jaren steeds nadrukkelijker een heidens griezelfestijn aan vast geplakt: Halloween. Van respect voor de doden naar angst voor de doden; geen plek meer voor eerbied of waardering voor geleverde prestaties van overledenen.
Een samenleving met betere omgangsvormen zal dus eerst zichtbaar moeten worden in hoe we met mensen omgaan die het minder getroffen hebben. Daar kan iedereen aan meedoen
Misschien is dat wel symbolisch voor het verlies van respect in het algemeen. Wie respecteren we vandaag de dag nog? Wie verdient er respect, en wie heeft aan waardering ingeboet? Ik trap een open deur in als ik constateer dat politici en bestuurders (zoals ik dus) inmiddels onderaan de ladder van gerespecteerde medeburgers zijn aanbeland. En velen zullen daaraan toevoegen dat zij/wij het daar zelf naar gemaakt hebben. Dat is mij te generalistisch. Ik deel die mening daarom niet, maar respecteer hem wel.
Maar helaas is het verlies van respect breder in de samenleving verspreid. Het kruipt ook in het verlies van goede omgangsvormen, in spelverruwing, in verhuftering, in verminderd fatsoen. En voordat u zegt dat dit een mening is van een oudere witte, boven modaal verdienende en deugende man, blijkt uit onderzoek dat dit gevoel zeer breed herkend wordt, óók door jongeren. Het staat vrijwel altijd in de top drie van zaken waar wij ons als burgers het meest aan ergeren.
Tien jaar geleden startte ik een campagne tegen de verhuftering in de provinciale politiek, tegen de verslechterde omgangsvormen, gebrek aan respect. De regionale omroep L1 en de krant De Limburger namen deze actie over in een bredere campagne onder de titel “Moet dat zo?”. In artikelen, studiodiscussies, in gesprekken met burgers en politici, kreeg het thema veel aandacht. Feitelijk is de aandacht daarna niet meer weggezakt. Helaas is onze samenleving niet respectvoller geworden, maar het goede nieuws is wel dat we dat feit steeds minder willen accepteren.
Het lijkt soms dweilen met de kraan open, maar dat is nog altijd beter dan niet dweilen met de kraan open. Ik wil mij dus blijven sterk maken voor meer onderling vertrouwen en respect. Elke mens telt, is het waard gezien te worden, verdient het respect te krijgen. In mijn religie geldt dit met name de arme, gebroken, zieke of gekwetste mens, waarnaar we willen omzien. Een samenleving met betere omgangsvormen zal dus eerst zichtbaar moeten worden in hoe we met mensen omgaan die het minder getroffen hebben. Daar kan iedereen aan meedoen, daar hoort iedereen aan mee te doen.
Er liggen nog vele moeilijke tijden voor ons. Om daar doorheen te komen is onderlinge solidariteit gevraagd, en dus respect voor elke mens. Ruzie maken, mensen kleineren, mensen respectloos benaderen lost geen enkele crisis op, omdat mensen dan juist afhaken. Uit respect voor mensen die ons voorgingen èn voor de mensen van nu, wil ik me blijven inzetten. Graag samen met velen. Een respectvolle Halloween/Allerheiligen/Allerzielen gewenst!
(Verscheen 26 oktober 2022 in Familiemagazine Nummer 1)