Onlangs ontmoette ik Auma Obama, ja inderdaad: de (half)zus van. Zij kreeg in de grensoverschrijdende gemeente Eurode de Martin Buber-plaquette voor haar internationale bewonderingswaardige werk voor jonge mensen. Met haar Sauti Kuu Foundation stimuleert en inspireert ze kinderen om hun talenten te ontdekken en zich te ontwikkelen. Daardoor groeit hun zelfbewustzijn en dus de mogelijkheid bij te dragen aan een vitale samenleving, waar ook in de wereld.
Kunst ervaren is een gesprek beginnen. En waar mensen waarachtig met elkaar in gesprek zijn, zwijgen wapens. Dat is het echte wonder.
Om je eigen talenten te ontdekken is het belangrijk te weten wie je bent. Auma Obama hanteert daarbij een even simpele als rake basisfilosofie: je bent allereerst een mens! Pas daarna komt er een verdeling in geslacht, kleur en afkomst. Ze onderstreept daarmee het uitgangspunt dat elke mens gelijkwaardig is. Dat is ook mij in mijn geloofsopvoeding ingeprent: “veer zien allemaol geliek veur Slivvenier!”
Maar hoe wonderbaarlijk snel komen vervolgens dan niet de verschillen, de ongelijkheden, naar voren? Opvoeding, geloof, gezondheid, maatschappelijke status, identiteit, nationaliteit: de verdeeldheid wordt belangrijker. De fundamentele gelijkwaardigheid blijkt al snel iets anders te zijn dan gelijkheid, laat staan gelijke behandeling. Maar om als samenleving fatsoenlijk te kunnen functioneren moeten we leren met ongelijkheden om te gaan, bruggen te slaan tussen mensen en groepen, het gesprek aan te gaan, werkelijke dialoog tot stand te brengen. En dan helpt het echt om in de ander een gelijkwaardig wezen te herkennen.
De kunst van de dialoog begint met je inleven in de ander, door hem of haar waarachtig waar te nemen, soms met al je zintuigen. Luisteren en zien, en soms zelfs ruiken en voelen. Waar het werkelijke gesprek begint, de ander belangrijker is dan jezelf, groeit begrip en verbondenheid. Auma Obama omschrijft het: ‘Geef elke mens een stem, en blijf altijd in gesprek!’
En bij een dergelijk gesprek kunnen we als mensen gebruik maken van instrumenten, zoals onze creatieve, verbeeldende talenten. Want als we in eerste instantie mens zijn, dan intrigeert de vraag wat ons tot een mens maakt. Ik ga daar hier geen theologische of filosofische teksten over citeren, maar ik ben overtuigd dat verbeelding, dat kunst, wezenlijke kenmerken van ons mens-zijn zijn.
Een kunstwerk is een vorm van dialoog. De kunstenaar, de schepper, spreekt meestal eerst in en met zichzelf. Maar vervolgens laat hij of zij het werk, tekst, compositie, sculptuur, schilderij, voorstelling of tuincreatie tot anderen spreken.
Het is de uitdaging voor die ander om daarop te reageren. Meestal zal dat, helaas, met onverschilligheid zijn, maar ik word gelukkig van die momenten dat mensen werkelijk op kunst reageren. Dat mensen zich kunnen ver-wonderen. Kunnen reageren met bewondering of afkeuring, met begrip of vraagtekens, soms een traan weg pinkend dan eens glimlachend. Dan komt dialoog tot stand met een kunstwerk, en daarmee met de maker ervan.
Het gesprek, de dialoog, maakt de wereld beter. Verbindt mensen. Kunst kan een krachtige vorm van en voor dialoog zijn. Daarom word ik gelukkig in een regio waarbij zoveel aandacht voor kunst en cultuur is, waar kunst alom aanwezig is, te zien, te horen, te voelen en te ruiken.
En dus is het zichtbaar en hoorbaar maken van kunst, minstens zo belangrijk als elke mens een stem geven. Kunst ervaren is een gesprek beginnen. En waar mensen waarachtig met elkaar in gesprek zijn, zwijgen wapens. Dat is het echte wonder!
(een variant van deze column sprak ik uit tijdens de kunstroute ‘Beeldende Tuinen’ in Eijsden; column is verschenen in magazine Nummer 1 van 6 juli 2022))